IDM Blok 5 Mediamanagement

IDM Major blok 5 VT, 2011_2012, periode 4
Klaas Jan Mollema (mail, site)

overzicht    praktijkopdracht    beoordeling    planning    templates



Je maakt momenteel deel uit van wat we de Mediasamenleving noemen. We zijn gewend geraakt aan het gemak van techniek en de diverse media-uitingen. We worden graag vermaakt (entertain me), laten ons graag zien (imagine me), zijn bereikbaar (contact me), laten weten waar we zijn en maken gebruik van locatiegebonden informatie (locate me), zijn bewust en onbewust bezig met privacyaspecten (protect me), maken een merk van onszelf (brand me), leren online door te zoeken wat we nodig hebben (educate me) en hebben een grote behoefte altijd op de hoogte te zijn (inform me).

De overvloed van media om ons heen veroorzaakt voor sommigen informatiestress. Anderen groeien er in op en weten niet beter. De Raad voor Cultuur noemt dit mediawijsheid: het geheel van kennis, vaardigheden en mentaliteit waarmee burgers zich bewust, kritisch en actief kunnen bewegen in een complexe, veranderlijke en fundamenteel gemedialiseerde wereld. De Raad definieerde ook een nieuwe vorm van burgerschap: cultureel burgerschap (pagina 13). Je actief inzetten in de gemedialiseerde maatschappij rond de betekenis van bijvoorbeeld je leefomgeving.

Je maakt namelijk veel gebruik van diverse media, al dan niet analoog. Media zijn bijna niet meer weg te filteren uit onze samenleving. Zowel privé als op je werk maak je veel gebruik van diverse soorten documenten. Naast tekstuele (word, excel), gebruik je visuele (foto), akoestische (geluid), audiovisuele (video) en soms zelfs corporele (representatieartikelen) documenten. Speciale aandacht voor divers mediagebruik is er in de erfgoedsector: musea koesteren hun objecten, archieven hun kaartmateriaal en beeldarchief. Vaak geen kleine collecties, waarbij de grote vraag speelt: hoe vind je de weg terug in 150.000 items naar dat éne wat je zoekt.

Een ander mooi multimediaal voorbeeld, met grote collecties mediabestanden, is het internet. De ontwikkeling van het net gaat ongemerkt snel. De periode die door de literatuur wordt aangeduid als WEB1.0 is nog maar net voorbij, of we denken al hard na over WEB3.0. Waar we nu midden in het sociale internet (WEB2.0) tijdperk zitten, waarin gebruikersparticipatie, co-creatie en netwerkvorming centraal staan, denken we nu na over het 'internet of things' en het 'semantische web'. Techniek biedt enorme mogelijkheden om data en media te creeëren: die ontwikkeling staat niet stil. Maar meer van alles betekent dat je ook meer de weg moet gaan banen voor de gebruiker: structuur en beschrijving worden in dit tijdperk van levensbelang voor de vindbaarheid van informatie.

Dat geldt voor ruwe data en tekstbestanden, maar in veel grotere mate voor visuele en audiovisuele documenten. In zijn eigen vorm is dit materiaal slecht doorzoekbaar. Een jpg plaatje is een lading opgeslagen kleurcoderingen, maar wat je inhoudelijk op het plaatje ziet, weet de computer niet. Hetzelfde geldt voor een videobestand. Zolang er door een mens niets over het plaatje is verteld tegen de computer, door bijvoorbeeld tags te geven of het in context te plaatsen van tekstueel materiaal, is het voor de computer onmogelijk om jou als gebruiker op grond van inhoud naar dit plaatje te laten zoeken en het te laten vinden.

We zijn gewend geraakt aan locatie gebaseerde informatie (locate me). Geografische informatie systemen bestaan al heel lang, maar door de invoering van Google Maps is het tonen van informatie op geografische locatie heel gewoon geworden. GIS is een nieuwe vorm van structurering van informatie. Een soort kastplaatsingssysteem voor digitale collecties.

Tot slot is de ontwikkeling van het semantisch web de oorzaak voor het bij elkaar brengen van informatie. Digitale dossiers schieten al jaren als paddestoelen uit de grond. Vanuit IDM zijn we benieuwd naar de manier waarop informatie bij elkaar wordt gebracht, maar ook het bedenken van manieren waarop we mensen kunnen leren thematisch informatie te zoeken.




doel

IDM blok 5 Mediamanagement richt zich op de multimediale omgeving. In [IDM-B05] leer je verschillende soorten media te voorzien van een inhoudelijke beschrijving en ze toegankelijk te maken voor de gebruiker. Dit doe je door inhoudelijke en geografische ontsluiting en opname in inhoudelijke dossiers. Je leert hoe je gebruikers kunt instrueren nieuwe informatie te zoeken. Daarnaast leer je in [IDM-B05] hoe je zorgt dat de interface zo goed mogelijk aansluit bij de beleving van de gebruiker. De principes van de Marketing liggen hieraan ten grondslag.Omdat veel applicaties tegenwoordig web-based zijn, werken we binnen [IDM-B05] met webpagina's (HTML, PHP) en een daaraan gekoppelde database (MySQL).




competenties

  • B1 Analyseren: probleemanalyse; informatiebehoefte; marktonderzoek
  • B2 Adviseren: informatieplan; business case; dienstverlening
  • B3 Ontwerpen: functionele eisen; ontsluitingsstructuur
  • B4 Realiseren: parametiseren; systeemimplementatie
  • B5 Beheren en Exploiteren: beheer van content en applicaties



onderwerpen

  • Content en toegankelijkheid: Multimedia; Iconografische analyse; Gebruikersparticipatie; AAT
  • Organisatie: Business plan. SWOT-analyse, hoe ontwerp je een levensvatbaar product; Bedrijfsanalyse. P.m.
  • Communicatie: Werkt in een door de docent samengestelde groep van 3 studenten; Overlegt tijdig over problemen, met medestudenten en of docenten; Ondersteunt medestudenten bij het leerproces; Reflecteert schriftelijk over organisatiebelang ten aanzien van de toegankelijkheid van informatie; Schrijft een individuele vergelijkende en kritische beschouwing van drie internationale multimediale databases voor cultureel erfgoed en de rol van cultureel burgerschap in deze
  • ICT: web 2.0 standaarden; Informatie visualisatie/virtuele collectie/non text materiaal presentatie; Beelddatabases; GIS, Google maps
  • Onderzoeks- en informatievaardigheden: Ethische en juridische aspecten van informatiegebruik; Literatuuronderzoek doen en resultaten beoordelen op betrouwbaarheid relevantie, actualiteit en volledigheid; Waarom-vragen stellen bij gemaakte keuzes



organisatie

In de eerste weken volg je ondersteunend onderwijs en start je direct met de voorbereidingen (research) voor je project. Naarmate de weken vorderen, gaan deze over in experturen voor de diverse onderwerpen. Hieronder zie je welke docenten expert zijn voor welk onderdeel.Wil je gebruik maken van de expertise van deze docenten buiten de college's om, of tijdens de geroosterde spreekuren? Stuur ze dan een mailtje.
> ontsluiting non tekst materiaal: Klaas Jan Mollema k.j.mollema (at) hhs.nl
> WWW / PHP & MySQL: Robbert Winkel r.n.w.winkel (at) hhs.nl
> Gebruikersinstructie: Leen Liefsoens L.W.B.Liefsoens (at) hhs.nl
> Interaction Design: Robbert Winkel r.n.w.winkel (at) hhs.nl
> Marketing: Patrick Deeters

opdrachtgever: Je hebt tijdens het blok regelmatig contact met je opdrachtgever. Deze momenten staan ingeroosterd. Op andere momenten afspreken kan op aanvraag via de e-mail (k.j.mollema (at) hhs.nl).
projectgroepen: Tijdens het project werk je in projectgroepen van 2 à 3 personen. Gezamenlijk werk je aan de projectopdracht.
zelfstudie: Daarnaast is er in het rooster tijd vrijgemaakt voor zelfstudie en groepswerk. Realiseer je daarbij dat de studielast minimaal 20 uur per week is.
studieloopbaanplanning: In week 10 lever je je procesverslag in bij je SLB-er


inspiratie




tentamenstof




colofon

IDM blok 5 Mediamanagement is een onderdeel van de opleiding InformatieDienstverlening en -Management aan De Haagse Hogeschool.
Klaas Jan Mollema is aan De Haagse Hogeschool verbonden als docent 'Toegankelijk maken van beeldmateriaal', 'ict middelen' en 'geo-informatie'. meer informatie: http://www.zijlmo.nl/mo & http://www.idmdenhaag.nl